Bijna negen op de tien Nederlanders heeft een huisdier, of ooit gehad
De liefde voor huisdieren is diepgeworteld in de Nederlandse cultuur. Maar liefst 86% van de Nederlanders heeft op dit moment een huisdier of heeft er in het verleden een gehad. Dat blijkt uit het jaarlijkse huisdierenonderzoek van NVG en Dibevo, uitgevoerd door Ipsos I&O. De voornaamste reden voor dit hoge cijfer? Gezelligheid. Van honden en katten tot aan vijvervissen en hamsters: gezelligheid is de nummer 1-reden om een huisdier te nemen. Huisdieren zijn niet alleen een bron van gezelschap, maar ook een integraal onderdeel van het gezinsleven dat zelfs de vakantieplannen beïnvloedt.
Het huisdierbezit in Nederland is het afgelopen jaar ongeveer gelijk gebleven: in bijna de helft van alle huishoudens lopen, vliegen of zwemmen één of meer dieren. Na gezelligheid is ‘onvoorwaardelijke vriendschap’ de belangrijkste algemene reden om een dier in huis te nemen. Zelfs bij minder aaibare dieren als vogels en aquarium- en vijvervissen staat onvoorwaardelijke vriendschap in de top-3.
Respondenten noemen ook ‘interessante of mooie dieren’ als motivatie om een huisdier te nemen en dat ze het fijn vinden om voor een dier te zorgen. Bij honden staat ‘meer bewegen en actiever bezig zijn’ hoog genoteerd (55%).
De meest genoemde reden (23%) waarom huishoudens geen huisdier meer hebben, is het overlijden van het dier, gevolgd door het te veel van huis zijn om voor een huisdier te zorgen (11%).
Huisdier en vakantie
De verbondenheid van Nederlanders met hun huisdieren gaat verder dan alleen het thuis hebben van een dier. Althans, wat honden betreft. Uit het onderzoek blijkt dat mensen hun hond steeds vaker mee op vakantie nemen en – ten opzichte van de vorige meting – minder vaak onderbrengen bij dierenpensions, of familie, vrienden en buren. Dierenpensions blijken desondanks nog altijd een populairdere bestemming voor huisdieren dan vóór de coronacrisis. In het algemeen zijn familie en vrienden de belangrijkste opvangadressen voor huisdieren, waarvan de eigenaar op vakantie of een weekendje weggaat.
Huisdierenbezit in Nederland (2023)
Klik op de afbeelding voor een pdf in hoge resolutie.
Voeding
Over de gehele linie zijn droge brokken de belangrijkste hoofdvoedingsbron voor huisdieren. Eigenaren kopen dat het meest bij een dierenspeciaalzaak of de website van een dierenspeciaalzaak. 36% Van de hondeneigenaren geven hun hond dagelijks een speciale snack voor honden. Hoewel het niet aansluit bij ‘de schijf van 5’ voor huisdieren, krijgt bijna 20% van de katten en 40% van de honden dagelijks een snack die voor mensen bedoeld is, zoals kaas of worst.
Gemiddeld koopt een kwart van de huisdierenbezitters weleens alternatief voer voor hun huisdier, al blijft dat meestal beperkt tot één aankoop per jaar. De aandacht gaat dan vooral naar voer met een keurmerk voor beter dierenwelzijn, gevolgd door voer met een lagere milieu-impact of biologisch voer. Verder koopt een kleine groep weleens voer met alternatieve eiwitbronnen (bijvoorbeeld insecten), en vegetarisch voer.
Gezondheid
Van alle hondeneigenaren zegt 30% dat hun hond (of een van hun honden) gezondheidsproblemen heeft. Hierbij gaat het met name om gebitsproblemen, overgewicht en/of een allergie. 2% van de eigenaren noemt teken of vlooien als gezondheidsprobleem.
Van alle katteneigenaren zegt 27% dat hun huisdier kampt met gezondheidsproblemen. Het gaat dan vooral om overgewicht (9%), gebitsproblemen (5%) en andere gezondheidsproblemen (13%) zoals artrose, en nier- en blaasproblemen.
Niet direct gerelateerd aan gezondheid, maar wel een belangrijke constatering is dat ondanks de oproepen in de media en de op handen zijnde chipverplichting, nog maar twee derde van de katten is gechipt.
Uitgaven
Hoewel de inflatie verder is toegenomen, zijn de uitgaven aan huisdieren niet tot nauwelijks veranderd ten opzichte van een jaar geleden. Gemiddeld besteden Nederlanders met een huisdier 56,9 euro per maand aan diervoer voor hun huisdier. Mensen met paarden of pony’s besteden per maand gemiddeld het meest, gevolgd door mensen die reptielen of honden hebben.
De besteding aan dierbenodigdheden ligt met gemiddeld 15 euro per maand een stuk lager. Wederom geven pony- of paardenbezitters gemiddeld het meeste uit aan hun huisdier, gevolgd door mensen die reptielen houden.
Een op de tien huisdierbezitters heeft een zorgverzekering voor het huisdier afgesloten, en dat geldt vooral voor hondeneigenaren (17%).
Net als in het vorige onderzoek werden respondenten gevraagd of prijsstijgingen van invloed waren op de uitgaven aan hun huisdier. Driekwart van de Nederlanders met een huisdier gaf aan dat dit niet het geval was (74%), een lichte daling ten opzichte van de vorige meting.